Bij het snijden met oxyfuel, plasma en laser wordt thermische energie gebruikt om materialen te laten gloeien tot een temperatuur waarbij ze verbranden, smelten of verdampen.
Bij het snijden met oxyfuel of met laser in combinatie met zuurstof, wordt de exothermische energie van de reactie met zuurstof gebruikt in het proces. De vlam/laserstraal is alleen nodig om het materiaal te laten gloeien tot de ontbrandingstemperatuur is bereikt. De zuurstofstraal houdt het verbrandingsproces op gang en blaast gesmolten materiaal en slakken weg.
De snijsnelheid is afhankelijk van de zuiverheid van het zuurstof en de vorm van de snijkop. Met hoogzuiver zuurstof, een geoptimaliseerd snijkopontwerp en een goede gastoevoer kan een hoge productiviteit worden behaald.
Bij plasmasnijden en lasersnijden met stikstof wordt het materiaal verhit tot het smeltpunt en blaast het snijgas de smelt uit het materiaal. Voor de beste resultaten moeten de eigenschappen van de snijgassen worden afgestemd op de specifieke toepassing.
Lasers kunnen ook worden gebruikt om materialen als hout en kunststoffen te laten verdampen. Verdamping van metalen wordt o.a. gebruikt voor boren met laser en het aanbrengen van pilotboringen. Met gassen wordt de ontbranding van omringend brandbaar materiaal tegengegaan en wordt de verwijdering van weggeboord materiaal ondersteund.